Grossiers

13 augustus 2012 Emke Janssens

Jan Joosten krijgt steeds vaker signalen in de winkel dat hij een te zware kwaliteit karbonade verkoopt. Hij legt dit probleem voor aan zijn leverancier.

Jan Joosten krijgt steeds vaker signalen in de winkel dat hij een te zware kwaliteit karbonade verkoopt. Hij legt dit probleem voor aan zijn leverancier.

 

‘Wenst u anders nog iets, mevrouw?’ ‘Ja, Jan graag twee ribkarbonaadjes. Wat zijn ze groot. Dan hebben wij met z’n tweeën aan één genoeg. En dat is toch ook niet gezellig, ieder een halve karbonade op het bord. Doe maar niet, ik neem wel wat anders. In de supermarkt hebben ze altijd van die mooie kleine karbonades, groot genoeg voor ons. Als je ouder wordt eet je niet meer zoveel en de prijs van zo’n kleine is ook gunstiger.’

Zware varkens

Ik wil me nog verdedigen, maar verder dan mijn mond open doen kom ik niet, want ze heeft gelijk. Wij krijgen in de winkel steeds meer signalen dat we een te zware kwaliteit karbonade verkopen. Ik ben gaan kijken in de super en daar lagen twee kleine karbo’s voor € 2,40. Bij ons is men het dubbele kwijt voor hetzelfde aantal.

Ik heb met de grossier over dit probleem gesproken en deze vertelde mij dat zij vaak alleen zware varkens krijgen. Is dit nou een landelijk probleem en gaan de lichtere varkens naar de vleesverpakkingsbedrijven omdat zij de grotere afnemers zijn? Het juiste varken zou voor ons aan een ideaal beeld moeten voldoen. Op de juiste plekken goed bevleesd met een smalle taille en hoog op de poten. Dat is een utopie.

Netwerken

Op de uitnodiging van een serviceclub voor een gezellige avond voor het goede doel stond dat je na afloop nog kon netwerken. Ik kom al gauw in contact met een horecaondernemer. Met een pilsje in de hand was het ijs snel gebroken en het werd al snel je en jou. ‘Jan, het zou toch geweldig zijn als jullie bij ons het vlees en de vleeswaren leveren, uit hetzelfde dorp. En ik kan naar jullie verwijzen, als men vraagt waar het lekkere vlees vandaan komt. Ik stuur je wel een lijstje van wat wij nodig hebben.’

Vleeswarengrossier

‘Prima, dan breng ik jou wat vlees om te proeven. Na een avondje rekenen, om met scherpe prijzen voor de dag te komen, ga ik naar hem toe. Bij aankomst rijdt net onze vleeswarengrossier weg. Bij het doornemen van de lijst steekt de chef-kok zijn hoofd om de hoek en vraagt of er kophaas is besteld bij vleeshandel X. Op dat moment wist ik gelijk, ik zit hier voor Jan Joker.

Pissig

Twee weken later toch maar even gebeld. De uitslag wist ik eigenlijk al.

‘Jan, ik wilde graag vlees van jullie betrekken en de kwaliteit is geweldig, maar je bent te duur. Wij moeten ook scherp inkopen, juist in deze tijd. Bedankt voor je prijsopgave en we drinken nog wel eens een pilsje samen.’ Klets maar raak, denk ik terwijl ik pissig ophang.

Vlees en vleeswarengrossiers zijn in principe ook concurrenten, die van twee walletjes eten.

Het ga u naar den vleze.


Jan

 

Altijd op de hoogte blijven?