COV: 'Klimaatopgave samen met bedrijfsleven praktisch oppakken'

3 april 2018 Vleesmagazine

De COV heeft kennisgenomen van het rapport ‘Duurzaam en Gezond’ van de Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur (RLI). De Nederlandse vleessector kan zich vinden in de invalshoek van een integraal ‘Voedselbeleid’, waarmee wordt gekeken naar concrete doelen voor langere termijn en waarmee ambities van het Verdrag van Parijs worden omgezet in een helder, realistisch en bestendig overheidsbeleid. De COV plaatst wel enkele kritische noten en waarschuwt voor een tunnelvisie op vlees.

De COV maakt een scherpe kanttekening bij het rapport waar het gaat om de eenzijdige benadering van de dierlijke sectoren en het (nog) niet optimaal betrekken van het totale agrofoodbedrijfsleven alsmede het miskennen van het forse sociaaleconomische belang van dit cluster. Overkoepelende thema’s, zoals het milieu, dienen integraal te worden benaderd en niet geïsoleerd en eenzijdig bij één productgroep zoals ‘vlees’ of een individuele branche te worden neergelegd. Zo plaatst de Raad het CO2-vraagstuk volledig bij de dierlijke sectoren, terwijl deze ketens in het rapport slechts verantwoordelijk gehouden kunnen worden voor een aandeel van 10 .procenthiervan. Dat is dus geen realistisch perspectief en laat andere sectoren ten onrechte buiten schot. Een tunnelvisie op ‘vlees’ én op Nederland lost het (internationale) milieuvraagstuk niet op.

Toonaangevend

De Nederlandse agrosectoren zijn al volop bezig met het verminderen van de CO2-footprint. Dat heeft staatssecretaris Dijkstra onderschreven in het rapport ‘Energie en Klimaat in de Agrosectoren’: ‘Al jaren is deze sector toonaangevend, omdat we een hoge productie realiseren op een klein gebied. Dat heeft ons gedwongen inventief te zijn en met slimme landbouw de gevolgen voor mens en milieu zo beperkt mogelijk te houden.’ Waar sectoren al actief zijn en op koers liggen in het nakomen van (internationale) afspraken, kan de overheid terughoudend zijn en vooral veranderprocessen stimuleren.

Ketens, export en kansen

De vleessector vormt een cruciale schakel binnen de productieketens. Vleesondernemingen nemen landbouwdieren (dan wel technische delen) af. Op basis daarvan produceren de bedrijven een brede range aan producten, food én non-food, en dus veel meer dan vlees alleen. Die bredere scope en de betekenis daarvan blijft te veel en te vaak buiten beschouwing. In het geval van rund- en kalfsvlees is de milieu opdracht bovendien onlosmakelijk verbonden aan de footprint uitdagingen van de melkveehouderij en de zuivelketens. Minder consumptie van rund- en kalfsvlees in Nederland betekent ook helemaal niet dat minder melkvee gehouden wordt.

Voor de varkensvleesketens gelden vooral specifieke omgevingsopdrachten. Daarbij zou het beter zijn om dieren die in ons land gehouden worden, zo veel mogelijk zelf tot meerwaarde te brengen op de markten in binnen- en buitenland. Ten slotte is een optimale vierkantsverwaarding cruciaal. Het kunnen vermarkten van alle delen van een karkas kan het verschil maken tussen winst of verlies en vormt de economische motor voor elke verdere verduurzaming en voor het innovatief vermogen van de branche. De COV stelt dat beide roodvleesketens kansen hebben voor verdere verduurzaming. Dan valt te denken aan mestverwerking of mestverwaarding en bijvoorbeeld aan het optimaal verwerken van bijproducten en het helpen voorkomen van verspilling. Hier kan de overheid een grote rol spelen, onder meer door het wegnemen van wettelijke belemmeringen en het stimuleren van innovaties.

Agenda

COV-voorzitter Jos Goebbels: ‘De Nederlandse vleessector heeft een toekomstvisie op basis waarvan het verder verduurzamen van de ketenproductie in de deelsectoren al geagendeerd is en opgepakt wordt. Zo willen we ons aandeel van 10 procent in de milieuagenda samen met overheden, stakeholders en ketenpartners innovatief, maar vooral realistisch en praktisch invullen. Politiek en wetenschap zijn belangrijk voor de randvoorwaarden en de kennisontwikkeling. Toch is het uiteindelijk de match tussen producent en consument en moet de markt z’n werk doen. Zo zit het aandeel ‘duurzame producten’ al jaren in de lift en is er volop aanbod aan innovatieve en alternatieve producten.’

Vleestaks heilloos

De COV ziet de overheid als ondersteunend in het proces en niet als sturend via wet- en regelgeving of met fiscale maatregelen. Goebbels: ‘Iedere keer opnieuw de vleestaks van stal halen, verandert er niks aan, dat dit fiscale idee onuitvoerbaar en contraproductief is, zoals uit diverse studies blijkt. Het is cruciaal dat er gewoon meer uitgesproken waardering komt voor de productgroepen en voor de ketens die dat in ons land maatschappelijk verantwoord produceren. We lopen mondiaal voorop in het verder verduurzamen. We hebben daarmee een florerende bedrijfstak, waar enkele tienduizenden mensen elke dag zo’n 100 miljoen mensen in binnen- en buitenland van hoogwaardige voeding voorzien en wat goed is voor zo’n 10 miljard euro aan omzet per jaar. De Raad onderschat die prestatie. Ik zie geen ecologische verduurzaming zonder duurzaam economisch perspectief. We gaan de dialoog graag aan.’

Altijd op de hoogte blijven?