Bionext en De Groene Weg scherpen Eko-keurmerk aan

5 december 2017

Het bekende Eko-keurmerk wordt aangescherpt. Vion-dochter De Groene Weg is de eerste onderneming die samen met zijn varkensboeren een code heeft opgesteld voor de nieuwe regels. ‘De biologische sector gaat een volgende fase van ontwikkeling in, die heel goed aansluit bij de verwachting van de consument.’

De regels voor wat biologisch is, liggen vast in de wet, leggen directeur Allard Bakker van De Groene Weg en directeur Bavo van den Idsert van ketenorganisatie Bionext uit. Veel boeren, onder wie de varkenshouders van De Groene Weg, gingen altijd al verder dan het wettelijke minimum en dat wordt nu verder uitgebouwd. Bakker: ‘Wij stelden zaken als weidegang voor varkens en het gebruik van biologisch stro al verplicht, maar dat zit nu ook in het Eko-keurmerk. Daar wordt nu veel meer aan toegevoegd. Zaken waar sommige boeren al lang mee bezig zijn en waar anderen mee aan de slag kunnen.’

Verwachting van de consument

Daarmee moet het Eko-keurmerk meer gaan voldoen aan wat consumenten ervan verwachten. Van den Idsert: ‘Veel consumenten verwachten dat wanneer een product biologisch is, dat er dan bijvoorbeeld een eerlijke prijs voor is betaald en dat de leverancier met groene stroom werkt. Maar dat zit niet in de wet. Daarom hebben we 12 themagebieden geïdentificeerd. Iedereen die het keurmerk wil voeren moet jaarlijks plannen maken en uitvoeren om zich op tenminste twee gebieden te verbeteren en zo verder te verduurzamen. Daarnaast worden sommige zaken per branche verplicht gesteld. De biologische sector gaat een volgende fase van ontwikkeling in, die heel goed aansluit bij de verwachting van de consument.’

Lees ook: 'De Groene Weg lanceert EKO-code voor varkensvleesketen'

De Groene Weg loopt voorop

De Groene Weg – toeleverancier van een groot deel van de Nederlandse supermarkten, met Albert Heijn als grootste afnemer – is met zijn code een voorloper. Van den Idsert verwacht echter dat vanaf 1 januari 2018 ook in zuivel met een nieuwe code wordt gewerkt, terwijl met onder meer akkerbouw, glastuinbouw en geitenbranche wordt gesproken. ‘De varkensketen is bij ons het beste georganiseerd. Rundveehouders zijn meestal rond zuivel georganiseerd. Pas als een koe te weinig melk gaat geven, gaat ze naar het slachthuis en worden er mooie vleesproducten van gemaakt’, zo verklaart Bakker het dat met varkenshouders wordt begonnen.

Het gaat volgens het tweetal erg goed met biologisch vlees in Nederland. In omzet ligt het marktaandeel op 2,5 tot 3 procent. De afgelopen jaren groeide de markt met tussen de 10 en 17 procent. Dit jaar naar schatting rond de 5 of 6 procent. Die relatief lage groei dit jaar is volgens Van den Idsert en Bakker goed te verklaren. ‘De groei werd de afgelopen jaren beperkt door het aanbod. Als retailers vaak nee te horen krijgen, dan worden ze voorzichtiger. Maar de consument blijft vragen om biologisch, dus de harde groei zet gewoon door. Daar ben ik helemaal niet bang voor.’

Prijsverschil met regulier vlees

Het marktaandeel wordt ook nog beperkt door het relatief grote prijsverschil tussen regulier en biologisch vlees. Bakker is echter niet bang dat de aanscherping van het keurmerk gaat leiden tot een nog groter prijsverschil. ‘Misschien zorgt het wel voor extra kosten, maar je haalt juist ook veel kosten uit de keten. Bijvoorbeeld door zonnepanelen op het dak te plaatsen. Dat vergt eerst wel een investering, maar zorgt daarna voor lagere energiekosten. Voor varkenshouders is mestafzet heel belangrijk, wie daar vaste afspraken over maakt, in plaats van steeds opnieuw te onderhandelen, is meestal goedkoper uit.’

Het tweetal verwacht ook niet dat er meer leveringsproblemen komen door de aanscherping van het keurmerk. ‘We leggen wat veel boeren al deden langs de meetlat. Dat leidt niet tot bottlenecks. Iedere biologische boer doet weer andere dingen goed. De één is bezig met biodiversiteit door rond de wei bloemen te planten, anderen hebben mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt in dienst of zijn juist heel actief met open dagen om hun manier van werken bekender te maken bij het publiek.’

Vanaf 1 januari wordt er een nulmeting gehouden, waarbij veehouders bonuspunten krijgen als ze zich op meer deelgebieden verbeteren. Dat leidt tot een totaalscore die ze weer kunnen gebruiken om zich verder te verbeteren. Het is geen variant op het sterrensysteem van Beter Leven, scores worden niet extern gedeeld. Ook komen er geen ranglijsten van boerenbedrijven of iets dergelijks. ‘Het gaat erom de interne progressie te meten en te stimuleren. Zorgen voor trots. Supermarkten kunnen de individuele verhalen van bedrijven wel gebruiken bij storytelling aan hun klanten, wat steeds belangrijker wordt’, zegt Bakker.

Energie van onderaf

De code bij De Groene Weg is niet van boven opgelegd. Bakker: ‘Ik hecht eraan duidelijk te stellen dat alles is opgesteld in hechte samenwerking met onze leveranciersvereniging.’ Van den Idsert vult aan: ‘Alle deelsectoren geven op deze manier zelf invulling aan wat ze willen binnen de code. Dat is ook de kracht van dit keurmerk, het maar geeft ontwikkelruimte aan branches. De energie komt van onderaf. Voorwaarde is dus wel dat op twee thema’s jaarlijks vooruitgang wordt geboekt, zodat de biologische sector ieder jaar weer een verduurzamingsslag maakt.’

De vernieuwing betekent ook een aanpassing van het Eko-logo. Er komt een soort kroon bovenop. De promotie loopt via social media, maar ook bijvoorbeeld via gecertificeerde biologische winkels en slagerijen en in de bladen van supermarktbedrijven. Zij zijn in de ogen van de twee voorvechters van de biologische branche van enorm belang. ‘Meer dan de helft van al het biologische vlees wordt bij Albert Heijn verkocht. De groei in de toekomst komt ook voor een belangrijk deel bij supermarkten vandaan. De komende jaren zullen ook discounters stappen gaan zetten.’

Lees ook: 'De Groene Weg lanceert EKO-code voor varkensvleesketen'

Altijd op de hoogte blijven?